Gelezen en goedgekeurd: graphic novels ‘De aankomst’ – Shaun Tan en ‘De terugkeer van de wespendief’ – Aimée De Jongh.

wespenjong

Een bericht van de stripleesclub:

Het EK was enkele dagen geleden van start gegaan toen ik de leden van de Stripclub opwachtte. Mijn vingers waren gekruist dat ze die avond zouden kiezen voor de geur van papier en elkaars gezelschap in de plaats van het flikkerende scherm waarop een paar multimiljonairs te zien zijn die achter een bal aan hollen … En ik moet het ze nageven, trouw waren ze op post. Met mezelf erbij waren we met z’n achten. Ideaal.

De aankomst – Shaun Tan
Ik moet eerlijk toegeven dat – alhoewel ik “het ding” wel al eens had gelezen in een ver verleden – deze strip tot dan toe nog niet echt mijn aandacht getrokken had. Al die tijd heb ik wat gemist, zo blijkt. De tekeningen zijn fotorealistisch, maar zonder oppervlakkig te worden. Er is iets in Tans tekenstijl dat exact weet te vatten in welke nuances de ene emotie verschilt van de andere. Verder is het kleurgebruik doorheen de strip minimaal, maar voornamelijk warm.

Naast de stijl liet ook het verhaal de groep niet onberoerd. De woordloze strip handelt over de migratie van het hoofdpersonage naar een nieuw land. Een thema dat tegelijk van alle tijden als brandend actueel is. De reden dat dit verhaal zo aanspreekt is de universaliteit die het uitstraalt. Door middel van een vreemde symbolentaal en het bevreemdende uitzicht van de stad begrijpen we dat het hoofdpersonage moeilijkheden heeft om zijn weg te vinden. Toch geeft dit beloofde land en zijn inwoners geen negatieve indruk. Integendeel. De groteske monumenten bijvoorbeeld stralen tegelijk geborgenheid en vrijheid uit.  Tijdens zijn inburgering heeft hij ontmoetingen met lotgenoten die elk hun verhaal vertellen. Dat hij niet alleen is getuigen ook de pasfoto’s die staan afgebeeld op de binnenflap van de strip. Stuk voor stuk zijn het intrigerende portretten van mannen, vrouwen en kinderen van verschillende origine.

Tijdens de bespreking kwam ook meermaals Tans metaforische beeldtaal aan bod. Bij sommige passages was onze mening over de betekenis ervan unaniem. Andere maakten meer discussie los.
Besluit: we kunnen concluderen dat “De aankomst” een strip is die iedere liefhebber van graphic novels graag zal lezen én blijven herlezen.

De strips die we bespraken kozen we door middel van een stemming, dus zonder de bedoeling dat ze onderling gelinkt kunnen worden. Hoe verschillend ze op het eerste zicht ook schijnen, toch lijkt het alsof ze op hun eigen manier één thema omarmen: een nieuw begin.

Van aankomst tot terugkeer gingen we naadloos over naar de volgende strip van onze leeslijst:

De terugkeer van de wespendief – Aimée De Jongh
“De terugkeer van de wespendief” begint in volle actie. Simon, het hoofdpersonage, staat op de eerste rij wanneer hij getuige is van een vrouw die zichzelf het leven ontneemt door op de spoorweg te gaan staan. Die traumatiserende gebeurtenis heeft een groot effect op hem en haalt een onverwerkt drama van een verongelukte vriend terug naar boven … Op de koop toe hangt er ook de  dreigende sluiting boven zijn hoofd van de boekenwinkel die hij van zijn vader erfde.

In het midden van al die miserie duikt plotseling de tiener Regina op, die voor Simon een lichtpunt lijkt te zijn en een klankbord aan wie hij zijn problemen kan toevertrouwen.

Het verhaal leest erg snel en is filmisch opgebouwd. Het is een wervelwind waarin fragmenten uit het heden afgewisseld worden met flashbacks en waar de lijn tussen droom en realiteit steeds dunner lijkt te worden. Qua tekenstijl was deze strip mijn inziens een topper. Toegegeven, ik ben misschien bevooroordeeld, ik heb namelijk een zwak voor zwart-wit tekenwerk. Maar in “De terugkeer …” geeft het volgens mij echt wel een meerwaarde. Een vrij zwaarbeladen verhaal is volgens mij ook niet gebaat bij een uitgebreid kleurenpalet. Bovenop dat alles is het een erg kwaliteitsvolle uitgave: niet alleen inhoudelijk, maar ook vormelijk als een tastbaar mooie aanwinst voor de boekenkast.

Op een enkeling na heeft deze graphic novel de meesten van ons wel geraakt.
Omdat je er tijdens de eerste leesbeurt doorheen lijkt de vliegen, loont het de moeite om hem nog eens te herlezen om zo de gemiste details op te pikken. Bovendien, zelfs als je het niet doet om clues naar de plot te vinden, dan doe je het zeker wel om stil te staan bij de tekeningen die bij momenten grafisch sterk zijn opgebouwd. Voor sommigen was de strip misschien zelf iets té snel uit en mocht hij wat dikker en uitgebreider zijn. Een opmerking vanuit de groep was dat buiten Simon de andere personages niet erg zijn uitgediept. Voor anderen was dat minder een struikelpunt: het verhaal is vooral een subjectieve weergave over wat er zich in Simons hoofd afspeelt. Wij kijken dus mee door zijn ogen.

Misschien wordt de honger van onze stripclubbers naar meer gestild in het najaar, want dan loopt de productie van de film gebaseerd op deze graphic novel ten einde. Het verhaal van Simon, z’n vrouw, Regina en anderen is zo mee te beleven in live-action. Ik ben alvast erg benieuwd of dat medium erin zal slagen de strip te evenaren of zelfs te overtreffen. De andere stripclubbers nodig ik alleszins uit om de verfilming samen te gaan kijken – of het nu tegelijkertijd ook voetbal is of niet.

Volgende bijeenkomst in Bibliotheek Zuid: donderdag 8 december om 18 uur.

Gelezen en goedgekeurd: graphic novels ‘De aankomst’ – Shaun Tan en ‘De terugkeer van de wespendief’ – Aimée De Jongh.

Een avond stripplezier in de bibliotheek

schrauwenArseneschrauwen-4

‘Vanavond gaan we naar de Stripclub’. Het levert meestal hilarische reacties op als we dat aan vrienden vertellen. Maar ik zeg het meestal ook met een grote smile op mijn gezicht want ik ben heel blij dat die club werd opgericht door tekenares Leslie Saurus en haar lieftallige partner Pedro (oh ja, eigenaar van de stripwinkel The Epic). Het is soms een eenzame hobby: het verzamelen van stripverhalen/graphic novels en ze lezen. Maar dankzij de Stripclub kan ik om de twee maanden eens lekker de ‘geek’ gaan uithangen met lotgenoten.

Dankzij de bibliotheek van Gent en stagiair Jeremy Herremans, konden we woensdagavond samentroepen op de stripafdeling van de bib. Omgeven door strips, wat wil een fan nog meer?
Het was een lekker warme dag, terrasjesweer dus, maar toch trotseerde een grote groep de avondwarmte die binnenviel door de bibliotheekramen.

Arsene Schrauwen
Negen verwante zielen die een boom opzetten over ‘Arsène Schrauwen’, een quasi fictief levensverhaal over de opa van Olivier Schrauwen, tekenaar van dienst. Dat Olivier Schrauwen als stripauteur nog potten zal breken is duidelijk, hij werd heel recent genomineerd voor de Will Eisner Comic Industry Award, de zogenaamde ‘Oscars van het stripverhaal’.
De stripclub werkt steeds aan de hand van een shortlist (opgesteld door de aanwezige leden) en daaruit wordt er altijd een ‘winnaar’ gekozen via een poll die op de facebookpagina van de stripclub staat.
Een ding was zeker: de meeste aanwezigen waren vrij verrast door het verhaal. De cover van ‘Arsène’ heeft nogal een oude, ‘Kuifjesachtige’ indruk, maar de inhoud van het boek bewees het tegendeel. Het opvallend kleurgebruik van blauw en rood, de architecturale afbeeldingen, de onopvallende doordachte grapjes, en de soms wat naïeve personages maken van de strip een echte aanrader.

Interesse?
Willen jullie er volgende keer ook bij zijn? De stripclub komt tweemaandelijks samen op verschillende locaties. Meer informatie kan teruggevonden worden op de facebookpagina .

We bedanken alvast de bibliotheek van Gent en Jeremy Herremans voor de mede-organisatie van deze alweer fijne avond.

Veerle Devos en Pieter Blomme, deelnemers

Een avond stripplezier in de bibliotheek

Gelezen/bekeken: Batman – The Dark Knight Returns

batman

Een gastblog van ‘De Stripclub’

Leeftijd. Het is iets bijzonders om een verhaal eens te herontdekken. De film American Beauty had ik bijvoorbeeld destijds nog als twintiger in de bioscoop gezien op een moment dat een thema zoals een midlife crisis nog erg ver van m’n bed stond. Het was dan ook een akelige ervaring toen ik de film onlangs nog eens terugzag en me moest realiseren dat ik als kersverse veertiger plots wel een stuk dichter stond bij de dagelijkse problemen van Lester Burnham, het hoofdpersonage.

Ik was eens benieuwd of The Dark Knight Returns (in het Nederlands nogal knullig vertaald als De Terugkeer van de Dark Knight) van Frank Miller eenzelfde effect op me zou hebben. Leslie’s Stripclub leek me dan ook een handig excuus om dat boek eens uitvoerig in een groep uit te spitten. En dat met als inspirerend decor het vernieuwde Bal Infernal in Gent.

Het boek gaat dus over een ouder geworden Batman (50+), die na tien jaar afwezigheid z’n cape nog eens aantrekt om de misdaad te bestrijden in Gotham. In zijn kielzog passeren ook allerlei oude bekende (eveneens ouder geworden) vijanden van Batman de revue. Dat is meteen ook één van de belangrijke thema’s van het boek: wordt de criminaliteit in Gotham bestreden dankzij Batman of trekt hij door zijn aanwezigheid net niet meer criminelen aan. De Joker bijvoorbeeld (griezeliger dan ooit) besluit immers ook om nog eens ‘buiten’ te komen nadat hij al 10 jaar niet meer actief was in de branche.

Wat de leden van de Stripclub in ieder geval ook was opgevallen was dat de ondertoon van het boek nogal somber/cynisch is. Batman is niet meer de (min of meer) perfecte held die we kennen uit de films en zo, maar (consequent met zijn leeftijd) meer een ‘grumpy old man’ die hier en daar zelfs eerder meewarigheid opwekt. Is het nog wel nodig dat hij op zijn leeftijd nog een soort van burgerwacht moet spelen? Dat laatste laat Frank Miller ook handig door Batmans tegenstanders verkondigen in het verhaal.

Eén van de opmerkingen van de leden van De Stripclub was ook dat je het boek moeilijk kan lezen zonder enige voorkennis te hebben van het Batman-universum. Er passeren immers nogal veel oude bekenden uit de reeks de revue, waardoor het wel handig is om ze te kunnen plaatsen.

Selena Kyle, de Catwoman uit de reeks, wordt opgevoerd als oude vrijster. Jim Gordons tweede vrouw Sarah wordt naar het einde toe eens vermeld. En het is ook handig om weten dat Jason Todd de echte naam is van Robin, Batmans sidekick waarvan we in het boek te weten komen dat hij al een tijdje dood is. Eén van de leden van De Stripclub wist zelfs te vertellen dat z’n vermelde dood in het begin van het boek de aanleiding gaf om hem ook in de reeks een aantal jaar later te laten sterven. En ja, bij een eerste leesbeurt zo’n 20 jaar geleden wist ik al niet wie Harvey Dent was en wat Superman (die hier wordt opgevoerd als een marionet van de Amerikaanse president) in het boek deed.

Je moet er in ieder geval ook je aandacht bij houden, want Frank Miller slaagt er wel in om mooi heen en weer te switchen tussen de verschillende verhaallijnen, tv-journalen en de op het eerste zicht niet zo belangrijke politieke info.

Sommigen van De Stripclub stoorden zich dan ook aan de overload aan tekst en de propvolle lay-out, maar dat was nu wel iets typisch bij dat soort strips van de jaren 80. Het was in ieder geval samen met Year One (ook van Frank Miller) de belangrijkste strip in de Batman-reeks omdat het die in 1986 een nieuw elan gaf. Daarnaast was het (ook al volgens één van de leden van De Stripclub) de eerste keer in een superhelden-strip dat er uit de eerste persoon gesproken werd, wat nu zowat de regel is in het genre.

Randopmerkingen waren er dan nog waarom een vijftigplusser nu absoluut een wicht van 13 jaar als sidekick kiest en dat er in 2001 een minder geslaagd vervolg ‘The Dark Knight Strikes Again’ kwam dat binnenkort nog een tweede vervolg krijgt waar Brian Azzarello aan zal meeschrijven.

Soit, volgende keer komt Ghost World van Daniël Clowes, een andere Amerikaanse grootheid, aan bod.

Bruno Willaert, deelnemer Stripclub

Lees ook een vorige bespreking van ‘De Stripclub’

 

Gelezen/bekeken: Batman – The Dark Knight Returns

Gelezen/bekeken: Stripleesgroep in de bibliotheek

18-scott-mccloud-the-sculptor.w1200.h630

Neen, neen, geen exotische danseressen of roze neonlichten. ‘De Stripclub’ is een leesgroep die tweemaandelijks samenkomt om de betere graphic novel te bespreken. Een initiatief dat de liefhebber van het genre (waar ik mezelf ook onder reken) zeker kan bekoren! De leesclub is op woensdag 20 april 2016 te gast in de stripafdeling voor volwassenen in bib Zuid.

Bij een van de vorige bijeenkomsten werd gekozen voor ‘The Sculptor’ (vertaald in het Nederlands als  ‘De Beeldhouwer’) van de Amerikaan Scott McCloud. In de stripwereld zeker geen onbekende, want hij zat ten eerste achter de superhero comic ‘Zot!’ en ten tweede achter een aantal basiswerken over hoe men strips kan begrijpen – en verder nog – maken, respectievelijk ‘Understanding Comics’, ‘Reinventing Comics’ en ‘Making Comics’. ‘The Sculptor’ heeft alleszins heel wat aandacht opgeëist in de Amerikaanse pers. ‘The Guardian’, ‘The New York Times’, ‘The Telegraph’… waren allen zeer lovend. Reden te meer om deze graphic novel onder de loep te nemen.

‘The Sculptor’ is een magisch-realistisch werk, vrij monochroom opgetrokken in blauw-, wit- en zwarttinten. Daarin heeft de ‘struggling young artist’ David Smith, (zoals de titel al doet vermoeden) een beeldhouwer, alle deuren achter zich dichtgeslagen. Hij is overtuigd van zijn talent, maar heeft geen vangnet meer, en besluit zijn verdriet dan maar te verdrinken. Opeens verschijnt de dood aan hem in de gedaante van een gestorven oom. Er volgt een Faustiaanse deal, waarbij Smith zijn leven laat inkorten tot 200 dagen. Daartegenover staat dat hij elk materiaal naar zijn hand kan zetten. David stort zich volledig op zijn kunst, maar de 200 dagen blijken vrij weinig als hij opeens de liefde van zijn leven tegenkomt in de gedaante van de wispelturige Meg.

Dat is het verhaal in een notendop, zonder uit te wijden over de details of te willen ‘spoilen’. In de groep werd het werk met gemengde gevoelens ontvangen. Sommigen gaven aan oprecht ontroerd geweest te zijn (zelfs tot tranen toe), anderen waren dan weer niet te spreken over de wat clichématige verhaallijn. Het egocentrische hoofdpersonage kon dan weer bij niemand op echte sympathie rekenen, wat deed denken aan het in een eerdere sessie besproken Mijn Begrafenis van Maarten De Saeger. Het is wel duidelijk dat, als je er aandacht aan besteedt, ziet dat McCloud de trucs die hij uitlegt in zijn standaardwerken over strips zelf toepast in ‘The Sculptor’. Die vaststelling geeft het geheel een wat sequentiële, machinale indruk.

Het is een graphic novel die aangenaam leest, maar het zondagnamiddag gevoel blijft niet noodzakelijk hangen. De groep voegde daaraan toe (en daar sluit ik me bij aan), dat na de zware dobber die Alan Moore’s From Hell bleek te zijn bij de vorige bijeenkomst ‘The Sculptor’ een licht verteerbare maaltijd was. Conclusie: voor de romantici onder ons die met geen al te beklijvend gevoel willen achterblijven.

Jeremy Herremans, lid van ‘De Stripclub’

Gelezen/bekeken: Stripleesgroep in de bibliotheek